26 mei 2024 excursie Lentevreugd

excursie Lentevreugd

Van Dini Thibaudier
zondag 26 mei 2024
Om 8.15 uur starten we met in totaal 12 deelnemers met de excursie op Lentevreugd. Er was een klein zonnetje, nagenoeg geen wind en aangename temperaturen.

Op het parkeerterrein worden we al begroet door de Kleine Karekiet en de Cetti’s Zanger.
Langs het meanderende duinrel werden direct de eerste orchideeën gespot, waarschijnlijk de Rietorchis en de Steenrode orchis. Ook was langs de oever de Stijve ogentroost, de Kleine klaver en de Grote ratelaar volop te zien. Omdat de Grote ratelaar parasiteert op gras is dit een welkome plant voor o.a. de orchidee, hij zorgt ervoor dat de vegetatiestructuur meer open wordt en hierdoor ruimte biedt voor andere planten.
Langs de kastanjebomen liepen we verder richting uitkijkpost. We zagen de Grasmus. Het vrouwtje Bruine Kiekendief scheerde langs. De Buizerd was gedurende de wandeling steeds wel ergens boven de bomentoppen te zien en af en toe te horen.
De Gele lis, de Gele dotterbloem en ook de Gele grote ratelaar geven een mooi sfeerbeeld weer van het verlaagde (natte duinvallei) gebied, waarin naast de Kievit ook de Krakeend te zien viel.
De Blauwborst werd ook kort waargenomen, meer helaas niet goed genoeg voor een fotomomentje.
Op de uitkijkpost heb je een mooie uitzicht over het moerasgedeelte van Lentevreugd. Dit gebied is dusdanig afgegraven waardoor er rietland met kwelplassen zijn ontstaan. Alleen het teveel aan water wordt via de sloten afgevoerd, maar verder is het gebied ingericht om het water zoveel mogelijk vast te houden. Vandaar dus het dieper afgegraven moerasgedeelte, de meanderende duinrellen, de licht glooiende oevers en de stuwen in de omliggende sloten.
In het moeras zaten o.a. de Rietgors, de Rietzanger, de Snor, Grote Zilverreiger en blauwe Reiger. De Grote Zilverreiger werd ook nabij de grote plas waargenomen en die werd opeens vergezeld door een neerdalende Lepelaar. Ook zwom de Meerkoet en de Krakeend rond.
We gingen verder met de wandeling. In de verte werd de Sprinkhaanzanger gehoord. Verder nog de Nachtegaal. Er vlogen nog twee Ooievaars over.  De Grasmussen en de Graspiepers lieten zich graag zien met hun prachtige baltsvluchten.
Links en rechts van het pad hielden zich de Schotse hooglanders op met veel jonge kalveren, duidelijk gewend aan de langslopende mensen.
Bij het elzenbosje stonden de Koniks. In dit oorspronkelijke geriefbos zagen we en hoorden we nog Putters rondvliegen. Verderop liet de Roodborsttapuit zich prachtig zien vanuit een struiktopje.
Tijdens de koffiestop, vloog een Putter steeds heen en weer. Mogelijk dat er een nest in één van de struiken zat. Ook de Pimpelmees werd daar gezien.

Richting duinen, daar waar er kortgeleden nog grond is afgeplagd zodat er weer een stuk natte duinvallei kan ontstaan, scharrelden Kleine Plevieren rond en ook de Gele Kwikstaart werd er gezien.
Verderop in één van de wat hogere struiken was het een drukte met diverse soorten vogels, Kneu, Grasmus, Tuinfluiter, Graspieper, Rietzanger, Putter.
Ook werd de Spotvogel met zijn kenmerkende bad-eenden geluid gehoord en die liet zich na veel geduld toch nog heel even zien.
Het laag struikgewas bleek na wat raadplegingen de Sleedoorn te zijn en de (Gewone)smeerwortel stond er prachtig bij.
Terwijl we weer verder liepen werd de Bosrietzanger gehoord en vanuit de struiken nog het mitrailleur geluidje van de Braamsluiper.
Weer terug bij de grote plas vlogen boven ons hoofd o.a. de Gier- en Boerenzwaluwen.
Langs het pad terug naar de parkeerplaats zagen we nog een aantal Kauwen en cirkelend rondom de boomtoppen van de kastanjebomen een paar Zwarte Kraaien.

Uiteindelijk werden er meer dan 50 soorten vogels geteld. foto’s: Gab de Croock

groet Dini